Pink Palace uit 1872





Bangladesh



back

Home
Reisverslagen
Fotoserie




Na op zaterdag 20 oktober 2007 de laatste van drie China-Tibet-Nepalgroepen voor Summum Reizen op het vliegtuig naar Schiphol gezet te hebben, is het mijn beurt om vakantie te houden. Met name tijdens de laatste reis had ik in Tibet mijn handen vol aan niet minder dan zes mensen die aan of het zuurstof, of aan een infuus, of aan beide tegelijk moesten.

Echter de vlucht van Kathmandu naar Dhaka op zondag 21 oktober is verzet van 12.20 naar 19.30 maar voor we opstijgen is het al 21 uur. Nadeel; in het donker zie je niets meer vanuit het vliegtuig en ik ben geen liefhebber van in het donker aankomen in een voor mij vreemde stad. Gelukkig duurt de vlucht maar een uur en na een uitvoerige paspoortcontrole door een vriendelijke beambte ben ik in Bangladesh . Die vriendelijkheid is kenmerkend voor de meeste van de andere 130 miljoen Bengalezen.

Ingrid op de avondmarkt in DhakaJe kunt op het vliegveld makkelijk pinnen en euro’s wisselen dus mijn geldbuidel is snel gevuld met taka’s. 1 euro is 93 taka. Na wat onderhandelen over de taxirit betaal ik dankzij de tips uit de Lonely Planet precies het normale tarief. Hier in Bangladesh vindt men dat rijkere mensen (dus ook toeristen) best een deel van hun geld met minder bedeelden kunnen delen. Zo verwacht de jongen die op mijn verdieping van het hotel voor de service moet zorgen iedere keer dat hij op verzoek iets komt brengen een flinke tip krijgt. Ik verdenk hem er ondanks zijn stralende lach al van dat hij opzettelijk vergeet toiletpapier, een stukje zeep, een handdoek en een laken neer te leggen. Een keer een tip is wel voldoende lijkt me. Het Pacific hotel is uitstekend en ligt goed centraal, namelijk in de zakenwijk Motijheel.

De volgende twee dagen ben ik op stap geweest met een riksjafietser die zichzelf aan me opdrong. Mr. Abdul (orgineler kan het niet) spreekt goed Engels en kent de stad als zijn broekzak. Via allerlei  smalle sfeervolle straatjes vermijdt hij waar het kan de drukke brede straten. Het oude Dhaka is natuurlijk het meest interessant. Hier vind je onder andere Shankharia Bazar, ook wel Hindustreet genoemd, een wat rommelig aandoende, maar uiterst kleurrijke straat. Twee riksja's kunnen elkaar maar nauwelijks passeren, zo smal is het. Hier was het waar ik 's ochtends van een aardige man tien taka in met handen gestopt kreeg om er een ontbijtje van te kopen!
In Old Dhaka staat aan de Buriganga rivier het Pink Palace. Dit is het voormalige optrekje van de rijkste landeigenaar van Dhaka. Hij liet het in 1872 bouwen en nu nog vind je er authenieke meubelstukken en ook een groot deel van het interieur is orgineel.

Woensdagochtend om 4.55 landt Ingrid vanuit Bahrein. Een welkomstkus in de aankomsthal zit er in dit Islamitische land nog even niet in. Ondanks een reis van 20 uur via Londen is ze niet echt moe. Na een douche, een kort dutje en een goed ontbijt gaan we samen met mr. Abdul op stap. We passen ternauwernood met zijn tweeen op het bankje van zijn riksja. Hij laat ons veel zien, allerlei kleine straatjes waar het leven van alledag zich in alle bedrijvigheid aan ons toont. De drukte is met geen pen te beschrijven. Er rijden hier niet minder dan 500.000 riksja’s rondt, maar ondanks dat is het verkeer toch redelijk georganiseerd. Op iedere kruispunt staan of verkeerslichten of verkeersagenten. Als je het waagt om zijn bevelen te negeren wacht je een zware sanctie. Ome agent draait zonder pardon het ventiel van je voorband los... Wat opvalt is de bijna volledige afwezigheid van dames.

De mannelijke bevolking wil allemaal graag op de foto, dus Vincent kan zich goed uitleven. Ook worden wij regelmatig op de foto gezet, want echt struikelen over de toeristen doe je hier bepaald niet. We hebben er vandaag twee gezien.

Na twee dagen samen rondkijken stappen we 's avonds op de beroemde Rocketboot. Ooit een oude stoomboot uit 1928. De stoommachine is vervangen door een diesel maar het koloniale gevoel is er nog steeds. We zijn de enige toeristen waardoor het gevoel nog specialer is. Het houten interieur met zijn 12 eerste klas hutten is nog helemaal in orginele staat.
Tijdens een rondwandeling over de onderliggende dekken van de 2e en 3e klas ontmoeten we een jongen die het erg opwindend vindt dat hij voor het eerst van zijn leven met blanken kan praten. 's Ochtends ontwaken we met een prachtige zonsopkomst boven een nevelig landschap. De delta in het zuiden van Bangladesh doet Vincent denken aan de Brabantse Biesbosch maar dan in een mega uitvergroting. Onderweg doen we de nodige plaatsen aan waar het ontschepen van mens en lasten steeds weer een mooi schouwspel is.
Na ruim 26 uur arriveren we in het donker in Khulna. Twee fietsriksja's brengen ons naar ons hotel uit de top-end-klasse. Het lijkt heel wat maar het zou in Ned misschien net de status van een 2 sterrenhotel hebben.
Helaas werden we beiden kort geveld door een darminfectie die ons dwong 2 dagen rust te nemen. Nu gaat het weer goed en zijn we druk bezig een excursie naar de Sandurbans (1 van de grootste mangrovebossen ter wereld) uit te zoeken.
Vincent heeft zojuist voor 50 taka (1/2 euro) een kapper bezocht met als klap op de vuurpijl: een zijscheiding! Hij valt nu tussen alle mannen bijna niet meer op.
 
Wij hopen dat het goed met jullie gaat en melden ons weer.
Groeten,
Ingrid en Vincent


5 november
Asalam waleikum vrienden en familie,
 
Elke dag weer verbazen we ons over de vriendelijkheid van de bevolking. In Dhaka kreeg Vincent nog spontaan 10 taka in zijn handen geduwd om er een ontbijtje van te kopen, maar men wil ook graag weten waar we vandaan komen. ‘Your country?’ is de meest gestelde vraag. Na ons antwoord krijgen we steevast een ‘Thank you!’ terug en daarmee is het gesprek dan ten einde. De durfals hebben nog een vraag: ‘How are you?’ Op ons antwoord ‘Fine’ is het weerwoord wederom ‘Thank you’. Sinds kort besluiten we onze korte gesprekjes dan ook maar met een ‘Thank you’ waarna een brede grijns volgt.
Maar regelmatig ontmoeten we ook mensen die goed Engels spreken en o.a. willen weten wat we van hun land vinden. Naar eerlijkheid antwoorden we dan dat we het een prachtig land vinden.

Landschappelijk is Bangladesh ook echt fantastisch met al zijn megabrede en smalle waterwegen. In het zuiden heb je bijvoorbeeld het unieke Sundarbans Park waar nog zo’n vierhonderd Royal Bengaalse tijgers leven. Echter o.a. door de corrupte regering komt het toerisme helaas niet van de grond. Volgens een lokale touroperator komen er op het moment toch wat meer toeristen omdat de politiek situatie gestabiliseerd is dit jaar. D.w.z. het merendeel van de politieke leiders zit sinds begin 2007 achter de tralies in afwachting van hun berechting.
We hebben vanuit Khulna met de als betrouwbaar en goed bekend staande toeroperator ‘Guide Tours’ een twee-daagse excursie door de Sundarbans gemaakt. Het was in 2 woorden; uniek en fantastisch! 
We scheepten om 6 uur 's ochtends in op de speciale toerboot met 8 hutten. Het gezelschap bestond verder uit een Duitse familie en een stel en een Australisch en een Bengalees stel. Het was 4 uur varen tot aan de grens van het Sundarbans Park. Hier al zagen we de nodige dolfijnen uit het water springen. We verlieten de brede rivier om de smallere slingerde vaarwegen op te zoeken. Iedereen was gefocuusd op het zien van 'wildlife', het liefs een tijgertje natuurlijk! Wij waren voor de eerste dag echter al tevreden met een krokodil van een metertje of 5. Hij lag heerlijk te zonnen totdat wij langsvoeren.
Tegen de avond stapten we over op een handaangedreven kleine boot die we achter onze boot meesleepten. Geruisloos gleden we een smalle kreek in waar we o.a. veel ijsvogels en een aantal roofvogels zagen.
Terug op de grote boot voeren we in het donker door tot bij de monding van een andere kreek waar we midden op de rivier voor anker gingen om de nacht door te brengen. Het was 's nachts doodstil onder een schitterende sterrenhemel. We waren de enige in de wijde omgeving.
De volgende ochtend om 6 uur stond er nog een krekentocht op het programma. We zijn er achter gekomen dat je 's ochtendsvroeg meer dieren ziet. Echter nog steeds geen tijger. De kans dat je die te zien krijgt is nog kleiner dan de kans dat je hier toeristen tegenkomt.
Terug op de grote boot voeren we langzaam door naar het uiterste zuiden. Hier gingen we weer voor anker om een wandeling door een grasland te maken. We werden begeleid door twee bewapende mannen voor het geval we toch die tijger zouden ontmoeten. Zonder aan stukken gereten te zijn eindigde de wandeling aan het strand van de Bay of Bengal waar we een heerlijke duik in de zee konden maken. Tot onze verbazing was het zeewater zoet. Natuurlijk was dit water afkomstig uit de brede rivieren die hier uitmonden in zee. Het grappige is dat Vincent in Tibet op dezelfde rivier ook een boottocht heeft gemaakt.
De volgende krekentocht viel wat tegen, misschien omdat die aan het eind van de middag was.
's Avonds had de bemanning ter afsluiting een heerlijke BBQ op het bovendek georganiseerd.
De laatste ochtend om 6 uur was het tijd voor een mangroveboswandeling. Nou, het leek meer op wadlopen. Menige sandaal en schoen bleef in de modder steken, maar niet helemaal voor niets. Uiteindelijk vonden onze gidsen een aantal verse tijgerpootafdrukken in de modder. De tijger zelf was door alle herrie die we maakten in de modder natuurlijk allang gevlucht.
Na een uurtje of 4 relaxed door het park tuffen waren we terug op de grote rivier. 's Avonds arriveerden we weer in Khulna waar we ons oude hotel opzochten.
 
De volgende dag hebben we samen met 1 van onze Sundarban-reisgenoten en een Bengalees die normaal gesproken in Sydney woont, naar het historische stadje Bagarhat (zie kaart) geweest. Hier staat o.a. een 77 koepels tellende moskee uit de 17e eeuw. En verder hebben we ons een uur lang (het werd 1,5 uur i.v.m. een lekke band) door 2 fietsriksja's over het platteland naar een Hindu-tempel laten rijden. De tocht over het platteland door allerlei dorpjes was in feite mooier dan het doel waar we voor gingen.
 
Inmiddels zijn we na onvergetelijk treinrit naar het noorden gereisd, maar daarover meer de volgende keer.
Degene die ons gemaild hebben ontzettend bedankt! Dit vinden we altijd erg leuk.
 
Groeten,
Ingrid en Vincent


9 november
Lieve familie en vrienden,

(deze keer helaas even geen foto's vanwege computerproblemen alhier, voor de zoveelste keer viel ook de electriciteit weer eens uit)
 
De dag na ons bezoek aan Bagerat vertrekken we in alle vroegte richting het treinstation voor onze volgende bestemming: Rashahi. Op het perron wordt Vincent warm omhelsd en met een pufje over het voorhoofd gezegend door een toevallige bebaarde voorbijganger. Ingrid wordt vanaf gepaste afstand gezegend en dan kan de reis beginnen. We zitten met z’n 2-en in een luxe 8-persoonscabine. Ergens halverwege komt er een jongedame giechelend binnen en voor je het weet zit Ingrid een uur hand in hand met deze volslagen vreemde, in de andere hand krijgt Ingrid haar mobieltje geduwd met haar broer aan de lijn terwijl onderwijl Ingrids haar geordend wordt. Dat is Bangladesh: mensen zoeken bewust je gezelschap op, vragen je wat, knikken je gedag of vergapen zich gewoonweg aan je. Tot nu toe vinden we al die aandacht alleen maar leuk. De treinreis is erg mooi door het landelijk Bangladesh. Veel rijstvelden, overal ligt poep te drogen die als brandstof verkocht wordt (op een soort grote satéstokken), boeren ploegen hun land om of proberen een verdwaalde vis te vangen.
 
In Rashahi doen we eerst een tukkie en lopen dan richting de boulevard. Overal flaneren de mensen op hun paasbest, kinderen splelen een potje cricket. We bestellen een drankje maar de bestelling komt weer eens niet door. Dat gebeurt vaker: je denkt dat ze je begrijpen, maar dat blijkt dan helemaal het geval niet te zijn. Zo wilden we gisteren van het busstation naar het hotel en zelfverzekerd ging onze riksja-man op pad. Maar zijn route was zo vreemd dat we nog maar eens ons hotel noemden. Nu was zijn blik toch wat onzeker, maar pas na een half uur fietsen bekende hij dat hij geen flauw idee had waar het hotel was. Dankzij Vincent hebben we het toch nog gevonden.
 
Gisteren hebben we een erg leuk uitstapje naar Puthia gemaakt. Alleen de busrit al was een heel avontuur. De bussen en vrachtwagens rijden hier als gekken. In bebouwd gebied (en dat is in Bangladesh al snel het geval) blijven ze vol gas geven en houden de toeter ingedrukt om iedereen aan de kant te jagen. Na een woeste tocht – zeg maar gerust een dodenrit – bereiken we het rustieke Puthia. Hier vind je de meeste oude Hindu-tempels van het land bij elkaar en dat is in een moslimland als Bangladesh best bijzonder. Vaak vergane glorie, maar het is erg leuk om door dit ‘ openluchtmuseum’  heen te lopen. Moslims en Hindu’s leven hier vredig naast elkaar.
 
Vandaag (6 november) zijn we met de trein terug naar Dhaka gegaan. Weer in een luxe 1e klas cabine, maar ditmaal met ramen waar je van buitenaf niet doorheen kunt kijken. Kunnen we eindelijk de Bengalezen eens ongestoord aanstaren, eigenlijk een beetje wat zij altijd bij ons doen. Er is ook nu weer veel te zien. Niet altijd even leuk, er is ook veel armoede in dit land.
 
En dan nu weer in het hektische Dhaka . Ditmaal gaan we met een taxi naar het hotel. Wat een chaos met al die auto’s/bussen/motorriksja’s, echt onvoorstelbaar hoe alles zo snel mogelijk door elkaar krioelt. Morgen vertrekken we naar het noordoosten naar een landelijk gebied waarin we fietsen hopen te huren. We blijven Hollanders! Het zal wel weer zweten worden, wat een hitte hier.
 
We zitten inmiddels in het noordoosten, in Srimangal. Echt een dorp. Onder de voorbijgangers kunnen we nu ook koeien, schapen en geiten rekenen. Leuk zo tussen het verkeer en de winkels door! De mensen zijn hier duidelijk minder aan toeristen gewend. Ze zijn wat afwachtender, behalve de straatkinderen die juist behoorlijk opdringerig zijn.
 
Het is inmiddels vrijdag 9 november, Vincents verjaardag. Hoe we die gevierd hebben? We hebben eerst op ons gemak ontbeten bij ons vaste eetadresje. Een soort pannenkoeken met suiker. Die combinatie is voor hun heel ongebruikelijk en aangezien niemand Engels spreekt, ben je al gauw 10 minuten bezig om duidelijk te krijgen dat je graag wat suiker wilt. Daarna zijn we met onze huurfietsen op stap gegaan. De remmen doen het niet echt goed, maar gelukkig zit er een harde bel op en zo probeer je je een weg te banen.
 
Al snel gaan we van de grote weg af en is er helemaal geen verkeer meer. We fietsen tussen de glooiende theeplantages heen. Best zwoegen in die hitte, klimmen en dalen zonder versnellingen, mul zand. Het is zo’n uitgestrekt gebied dus het kan erg lastig zijn om de theepluksters te spotten. Al snel hebben we een aanknopingspunt: we achtervolgen de man met de weegschaal die de geplukte thee moet wegen, maken richting voorbijgangers wat plukbewegingen met een vragende blik en zo komen we er wel. Erg leuk maar ook erg zwaar met als resultaat: mooie foto’s en een afgepeigerd gestel. Van Ingrids moeder hadden we geld gekregen om op Vincents verjaardag uit eten te gaan. Ma, als bewijs hebben we de rekening meegenomen, het was 50 eurocent!
 
We gaan vanavond met de nachttrein naar het zuiden voor het laatste gedeelte van onze reis.
 
Onze gezondheid is redelijk, al blijft het met de stoelgang een beetje behelpen. Maar we vermaken ons prima. Ook nu iedereen weer bedankt die ons een mailtje heeft gestuurd. Dat zijn extra vitamines voor ons en die kun je hier wel gebruiken.
 
Allemaal het beste gewenst, 
Vincent en Ingrid


15 november
Lieve familie en vrienden,
 
Wij hebben geen idee in hoeverre de weersberichten over Bangladesh jullie bereiken. Er komt de komende uren een cycloon op Bangladesh af van de zwaarste categorie, zwaarder dan ze in lange tijd hebben gehad. Om jullie gerust te stellen, sturen we jullie toch even dit mailtje:
Wij zitten momenteel aan de kust (Cox's Bazar), maar de cycloon raakt Bangladesh meer westelijk dan wij zitten. Dat neemt niet weg dat er hier ook van alles gaande is: we zagen vanmiddag een hele stoet mensen die wegtrokken van hun hutjes bij de kust om een veilig heenkomen te zoeken. Ze droegen wat ze konden dragen, alle dieren gingen mee. Een ware uittocht.
 
Gisteren wilden we het eiland St. Martin verlaten, maar de officiele boot mocht niet uitvaren. Gelukkig konden we nog wel met een open houten vissersboot mee maar ook die werd kort voor vertrek door de politie tegengehouden. Uiteindelijk mochten wij wel weg (blijkbaar gelden voor toeristen andere regels, mits we aan de politie verklaarden dat we dit op eigen risico deden), samen met een Engels sprekende Bengalees als een soort persoonlijke begeleider. We besloten toch te gaan omdat we hoorden dat het alleen maar slechter zou worden. Het eerste stuk was ruig, daarna viel het mee. We zijn blij dat we weer op het vaste land zijn, daar is de kans een stuk groter dat we Dhaka bereiken. Zojuist hoorden we dat er op St. Martin 500 Bengaalse toeristen vastzitten. We hebben dus inderdaad de juiste keuze gemaakt.
 
Morgen gaat eigenlijk onze binnenlandse vlucht naar Dhaka, maar dat zal wel niks worden. Of we met de bus kunnen is ook nog onzeker. Hangt er vanaf hoe zwaar het weer nog is en in hoeverre de wegen nog te gebruiken zijn.
 
Zondag aanstaande hopen we terug te vliegen naar Holland, maar nogmaals: het is op dit moment moeilijk te zeggen of wij Dhaka op tijd bereiken. Belangrijkste is dat wij veilig zijn. We zitten in een goed hotel met TV op onze kamer en volgen het weer via CNN en BBC op de voet. Uiteraard nemen we geen onnodige risico's en proberen we jullie op de hoogte te houden. En dan te bedenken dat we aan het eind van onze reis een paar rustige dagen aan het strand wilden.
 
Veel groeten, Vincent en Ingrid


18 november vanuit Dhaka
Hallo,
 
We hebben na de vorige mail even niets van ons laten horen, maar dat had alles te maken met de zware cycloon Sidr die hier heel Bangladesh ontregelt heeft. In het hele land was geen stroom meer waardoor er nog meer problemen ontstonden dan er al waren.
Want... geen stroom; geen water, geen communicatie, geen tv, hospitals die lam liggen, taxi’s die geen gas meer kunnen tanken enz. Zoals julli ongetwijfeld in de Ned media hebben kunnen lezen zijn er, ondanks het waarschuwingssysteem , al minstens 1100 mensen omgekomen en worden er nog velen vermist. Ook veel vee is omgekomen. De verwoestingen zijn enorm.
 
Via de krantenberichten kwamen wij erachter dat wij bijna zeker op de laatste boot zaten die het eiland St. Martin kon verlaten. De achterblijvers hebben er dagen vastgezeten.
Onze binnenlandse vlucht terug naar Dhaka werd inderdaad gecanceld, maar dat was slechts een klein ongemak. Met de bus en de trein is het alsnog gelukt op tijd in Dhaka aan te komen. Vanochtend vroeg is Ingrid op tijd vertrokken en ikzelf vertrek vanmiddag.
 
Ondanks alle ellende hier stuur ik toch nog wat vakantiefoto’s en een enkele rampfoto door.
 
Groeten, Vincent

PS. Wij verbleven voor de laatste nacht in de 'dure' ambassadewijk Gulshan. Minder centraal gelegen, maar met meer keus in goede restaurants en zowaar een supermarkt voor de rijkere Bengalees en de expats.


18 november
Toen ik hier op de luchthaven in Dhaka wilde inchecken bleek mijn vlucht alweer vertraagd te zijn, nu vanwege een technisch mankement. Vertrek: 22.00 uur i.p.v. 15.00 uur De vraag was of de vlucht uberhaubt wel door zou gaan!?
Je begrijpt, daar was ik echt blij mee. Ik zat al te verzinnen hoe ik mijn aansluitende vluchten van Kathmandu naar Doha en van daar naar Schiphol kon omzetten indien de vlucht naar Kathmandu (KTM) gecanceld zou worden.
Om iets voor zevenen mocht ik eindelijk toch inchecken, maar ik besloot pas te juichen zodra we op zouden stijgen of nog beter…. zodra we zouden landen in KTM!
Mijn rugzak weegt maar 13 kg dus dat kan bij vertrek in KTM geen probleem worden.


22 november
De terugvlucht van Ingrid was goed, inclusief business class van Dkaha naar Bahrein. In London had mijn vlucht een uur vertraging en zo op de valreep had ik het na ruim 6 uur wachten wel gehad daar.

De terugreis van Vincent was echt een verzoeking. In totaal had ik vanaf zondagavond vanuit Dhaka tot dinsdagavond in Arnhem 13,5 uur vertraging verdeeld over 4 vluchten. Ik was dan ook redelijk gaar toen ik thuiskwam. Gelukkig stond Ingrid klaar met wat te eten, maar daarna was het douchen en meteen naar bed.

Ons eindoordeel: wij hebben een onvergetelijke reis door een heel bijzonder land met uiterst vriendelijke mensen achter de rug. Van de bekende opdringerigheid hebben we niet veel last gehad. Wel zullen sommige mensen
uit nieuwsgierigheid een praatje met je aan willen knopen. Wij hebben dat altijd als leuke ontmoetingen ervaren.
We kunnen iedereen
die eens van de bebaande paden af wil een reis door Bangladesh aan aanraden!

                                                top








Reis routekaart

Route cycloon Sidr


zonsopkomst vanaf de Rocketboot
500.000 riksja's in Dhaka